WomenMakeTheCity Zuidoost

Maandag 18 mei 2020, digitaal

Op maandag 18 mei kwamen achtentwintig betrokken vrouwelijke bewoners van Amsterdam Zuidoost digitaal bijeen om het te hebben over de toekomst van hun stadsdeel. Welke zaken vinden zij belangrijk bij het ontwikkelen van Zuidoost? Wat mag er absoluut niet verloren gaan en wat kan er beter? Vanuit het WomenMakeTheCity project van gemeente Amsterdam wordt er bij vrouwelijke bewoners uit de stad te rade gegaan hoe zij hun ideale stad voor zich zien. Op deze manier kunnen ook de stemmen van bewoners die voorheen niet gehoord werden mee worden genomen in het ontwikkelen van de Omgevingsvisie voor Amsterdam in 2050. Deze avond zijn de vrouwelijke bewoners van Zuidoost aan de beurt om hun perspectieven te delen.

De avond wordt ingeleid en begeleid door sociaal ondernemer Saskia Bosnie, die met haar ruime ervaring in participatieprocessen én als bewoner van Zuidoost een uitgelezen keuze was. Aan tafel zitten planoloog van gemeente Amsterdam Caroline Combé, die uitleg geeft over de Omgevingsvisie waar ze aan werkt, programmamanager van het gemeentelijk project 1Zuidoost Mehtap Karasu, die vertelt over de huidige en toekomstige ontwikkelingen in het stadsdeel, en Marthe Singelenberg, projectleider van en drijvende kracht achter het WomenMakeTheCity project. 

In Zuidoost en een klein stuk van Ouder-Amstel zullen er voor 2040 bijna 40.000 woningen bij komen, wat betekent dat het bewonersaantal in het stadsdeel gaat verdubbelen. De meeste van deze woningen zullen in Amstel III en ArenApoort worden gebouwd, welke nu vooral werkgebieden zijn. Hierbij wil de gemeente met het 1Zuidoost project zorgen dat er geen tweedeling komt en minstens 25% van de woningen moet naar mensen uit het stadsdeel gaan. Naast woningen zullen er ook voorzieningen bij komen, zoals scholen, culturele instellingen en winkels. 

Om te horen wat bewoners belangrijk vinden met oog op deze ontwikkelingen, splitsen de deelnemers van de avond op in drie groepen om het over verschillende waarden te hebben. Dit wordt gedaan aan de hand van de Just City Index: een systeem ontworpen door Dr. Toni Griffin waarmee gemeten kan worden wat een rechtvaardige stad is. De index vormt een kader om te bespreken welke waarden we in een stad het meest belangrijk vinden en een manier om uit te denken hoe die waarden dan in de praktijk tot uiting kunnen worden gebracht.

De gesprekken in de drie groepen worden elk begeleid door een lid van de negenkoppige WomenMakeTheCity Vrouwenadviesraad. Groep één heeft het onder leiding van WomenMakeTheCity projectmanager en kernteamlid Ria Braaf-Fränkel over de waarden Welvaart en Acceptatie. Groep twee bediscussieert samen met kwartiermaker Rachel Tokromo Eerlijkheid en Identiteit. Tegelijkertijd gaan in groep drie bewoners onder hoede van finance professional Glainess Adely over Betrokkenheid en Aspiratie in gesprek.

In de verschillende werkgroepen werden aanvankelijk verschillende waarden besproken. Toch is er veel overlap in de zaken die bewoners noemen als essentieel voor een rechtvaardig en bloeiend Zuidoost. In de gesprekken komt voornamelijk de vraag naar boven: hoe houden we de buurt van de bewoners en hoe zorgen we ervoor dat het DNA van Zuidoost behouden blijft en ook deel gaat uitmaken van de nieuwe gebieden en buurten van het stadsdeel? Verschillende deelnemers spreken zich daarnaast uit voor toegankelijk en betaalbaar wonen, betrokkenheid, transparantie, sociale cohesie en voor veel ruimte voor buurtinitiatieven en eigenaarschap. Ze hebben een groot hart voor Zuidoost en veel zorgen over ontwikkelingen van bovenaf, die de identiteit en authenticiteit van het stadsdeel zouden kunnen schaden.

Betrokkenheid & participatie

Wat in alle gesprekken prominent terug komt is het belang van het betrekken van de buurt bij het nemen van beslissingen óver de buurt. Ook het betrekken van de bewoners van de bestaande aangrenzende buurten bij het maken van de nieuwe buurten, wordt genoemd als van groot belang. Er wordt veel gesteld dat het altijd het belangrijkste is om te weten wat de behoeftes van de buurt zijn, zodat er een passend aanbod kan komen. Communicatie is hiervoor essentieel: ‘Dat is de levensader van alles, alleen daardoor bereik je elkaar’.  En hoe communicatie met de bewoners goed gaat, weten veel van deze betrokken Zuidoost-deelnemers al. Velen van hen zijn voor hun eigen projecten alle deuren langs gegaan, houden bijeenkomsten waar íedereen die komt iets op de agenda mag zetten, richten appgroepen op en leggen maillijsten aan. ‘Betrokkenheid moet je van onderaf beginnen’.

Er bestaat echter wel veel frustratie over de invloed die bewoners vervolgens hebben. Want wat heb je aan een inventarisatie van wat de bewoners willen, als daar vervolgens niets mee kan gebeuren? ‘De spelregels moeten wijzigen,de procedures moeten aangepast worden aan onze cultuur, aan de Zuidoost cultuur, in plaats van andersom. Ze moeten kijken naar de behoeftes hier in Zuidoost en dát vertalen naar projectontwikkelingen en aanpassingen van de regels’. Op dit moment ervaren veel betrokken bewoners een groot gebrek aan transparantie in de plannen vanuit de gemeente, en velen zijn het er over eens dat dát in elk geval anders moet als we een eerlijke stad willen met betrokken burgers en authentieke buurten.

Ontmoetingsplekken

Voor een betrokken buurt is het belangrijk dat er een diversiteit en ruim aanbod aan ontmoetingsplekken is, zowel commercieel als niet commercieel. Dit is nodig om eenzaamheid tegen te gaan; om te zorgen dat mensen elkaar kennen; om te weten wat er speelt; om te zorgen dat alle doelgroepen bereikt worden en om te zorgen dat er plek is voor iedereen.

Comfortabel en groen

Er wordt gesproken over het belang van groene en aangename openbare ruimtes waar mensen willen zitten en bewoners elkaar kunnen ontmoeten. ‘Ik denk dat het handig is om plekken te creëren waar mensen elkaar echt natuurlijk ontmoeten (…) dus dat je elkaar meteen meet zonder dat je het op hoeft te zoeken’.  Ook worden moes- en buurttuinen geprezen als verbindende activiteit en moeten deze ook in toekomstige ontwerpen een geïntegreerde plek krijgen. Daarnaast merken de deelnemers op hoe essentieel het groen in Zuidoost is voor de identiteit en ook als onderdeel van spirituele vrijheid.

De behoefte aan comfortabele buitenruimtes moet kortom niet onderschat worden. Uit een onderzoek onder bewoners door buurtorganisatie Hart voor de K-buurt bleek bijvoorbeeld dat waar op een gegeven moment de grootste behoefte aan was, betere bankjes waren. De bestaande bankjes waren te laag voor veel oudere mensen om comfortabel op te zitten. De nieuw gespreid geplaatste bankjes stelden ook zij die slecht ter been waren in staat meer naar buiten te gaan voor een wandeling of winkelcentrum, met de mogelijkheid om tussendoor even uit te rusten.

Buurtcentra

In alle gesprekken komt het belang van (niet-commerciële) buurtcentra naar boven. Plekken waar er op een laagdrempelige manier ruimte is voor buurtbewoners om deel te nemen aan culturele, artistieke en ondersteunende activiteiten en ook om deze zelf te organiseren. Er wordt gesproken over grote gebouwen waar er allerlei activiteiten en faciliteiten voor allerlei soorten bewoners worden gebundeld. De Bonte Kraai wordt genoemd als mooi voorbeeld, maar ook als iets wat te zeldzaam is in Zuidoost, omdat soortgelijke plekken juist in veel buurten zijn verdwenen.

Er wordt vaak gesteld hoe belangrijk het is dat zo’n centrum toegankelijk en laagdrempelig is. En dat het er voor verschillende groepen moet zijn, oud en nieuw, arm en rijk. Hierbij ook moet worden gezorgd voor aanbod voor mensen die overdag werken. Hiermee wordt informeel geduid op witte nieuwkomers die doorgaans drukke banen hebben en geen contact maken met de buurt.

Ook hier komt betrokkenheid terug als belangrijke voorwaarde. Buurtcentra moeten niet door grote organisaties van bovenaf geleid worden, maar juist ingevuld kunnen worden door bewoners met eigen initiatieven. En daar moeten ook zeker middelen voor komen: ‘laat buurtinitiatieven organisch groeien maar zorg wel voor structurele middelen zodat het duurzaam is’.

Scholen & de jeugd

Verschillende deelnemers merken op hoe belangrijk het is om volop recreatiemogelijkheden voor kinderen en jongeren te bieden in de buurt. Zowel in de vorm van publieke ruimtes, als in de vorm van workshops, buitenschoolse activiteiten, ateliers en sport. Om jongeren te bereiken en te betrekken bij de buurt zou er veel meer gebruik van sociale media platforms als Instagram en TikTok gemaakt kunnen worden. Daarnaast worden scholen geprezen voor hun verbindende functie en als goede manier om vrouwen meer te betrekken bij activiteiten in de buurt en om hen kansen te bieden.

Ondernemers

Ook lokale (semi)commerciële plekken en mogelijkheden worden vaak genoemd als belangrijke elementen voor een verbonden, inclusieve en bloeiende buurt. Het gaat dan over het belang van een lokale groentewinkel en het buurtcafé als ontmoetingsplek, en het belang van lokale kunstenaars en creatieve ondernemers voor een bruisende buurt. Een praktische randvoorwaarde hiervoor die vaak terugkomt in de gesprekken is het beschikbaar maken van betaalbare locaties voor plaatselijke (sociaal) ondernemers om hier zelf invulling aan te geven. Rond Amstel III gaat het over de zogenaamde plinten van de nieuwe gebouwen en er wordt gesproken over hoe belangrijk het is dat hier betaalbare en toegankelijke plekken voor lokale ondernemers en kunstenaars zullen zijn.

Er moeten ook ruimtes zijn voor sociaal ondernemers voor wie winst geen doel is maar die willen bijdragen aan de buurt. En voor (vrouwelijke) kunstenaars, voor wie er nu te weinig beschikbare betaalbare ruimte is. Daarnaast wordt er gesproken over ‘de waarde die vrouwen kunnen toevoegen om een gebied te ontwikkelen’. En over of er een quotum voor vrouwelijke ondernemers zou kunnen komen of er in elk geval middelen moeten komen om vrouwelijke ondernemers te faciliteren in grotere getale aan de slag te gaan. Er moeten dus faciliteiten zijn voor lokale (sociaal)ondernemers om op een flexibele manier hun eigen plannen in te vullen. Rondom niet-lokale, grootschalige ondernemers wordt er gesproken over randvoorwaarden. Zou het mogelijk zijn dat zij verplicht een sociale bijdrage zouden moeten leveren aan de buurt? ‘Ik denk dat het voor Zuidoost cruciaal is dat dat gebeurt’.

Oud & nieuw: sociale binding en segregatie

Een ander onderwerp dat in elk gesprek terugkomt is het belang van het integreren van de (aanstaande) nieuwe bewoners in Zuidoost. Hoe wordt de authenticiteit en het DNA van Zuidoost bewaakt, met zoveel nieuwbouw en nieuwe doelgroepen? Hoe kan ervoor worden gezorgd dat nieuwe bewoners even betrokken worden bij de buurt als de oude, en er geen segregatie ontstaat?

Wonen

Een zorg die breed gedeeld wordt onder deelnemers is voor de beschikbaarheid van betaalbare woningen voor mensen die uit Zuidoost komen. Kunnen jongeren uit Zuidoost wel een woning voor zichzelf vinden als ze in de buurt willen blijven? Waar kunnen senioren terecht die moeten doorstromen en hun hele leven al daar hebben gewoond? Is er plek voor groeiende gezinnen die een groter huis nodig hebben maar die de buurt niet willen verlaten? ‘Iedereen moet profijt hebben van nieuwe wijken, zoals Amstel III; van onze jeugd tot aan onze senioren, jong en oud. Het moet een dwarsdoorsnede zijn van ons mooi Zuidoost’. Ruimte voor zelfbouw en alternatieve woningbouwverenigingen worden genoemd als idee om betrokkenheid, participatie en eerlijkheid te verenigen.
Er bestaat geen twijfel over dat, hoewel de deelnemers duidelijk open staan voor nieuwkomers in de wijk, en ze de rijke mengeling van culturen vaak prijzen als kracht van Zuidoost, ze het essentieel vinden dat er genoeg woningen voor de mensen uit de buurt beschikbaar blijven en worden. Voorrang voor inwoners uit Zuidoost, zwart op wit, wordt als randvoorwaarde gevraagd, uit de naam van eerlijkheid, authenticiteit én identiteit. Want de mensen maken de buurt en zijn essentieel voor de identiteit. ‘Als je over de Bijlmer praat, praat je over de mensen en niet over de stenen’.

Oud en nieuw mengen

Deelnemers zijn het erover eens dat het wenselijk is dat verschillende groepen zich met elkaar verbinden in de toekomst van Zuidoost. Hier zijn allerlei ideeën en ook al bestaande initiatieven voor. De eerder genoemde buurtcentra en lokale ondernemingen komen veel op als oplossing hiervoor. Er worden buurtfeesten genoemd. Ook wordt de hoop uitgesproken dat de Coronacrisis en ‘het nieuwe normaal’ mensen die normaal gesproken heel weinig tijd in de buurt doorbrengen vanaf nu aansporen dat nu meer te doen.

Een grote zorg voor deelnemers blijft echter het Amstel III project, waar de spoorlijn een concrete scheiding lijkt te gaan vormen voor oude en nieuwe wijken. Hoe zorg je dat nieuwe bewoners aan de andere kant van het spoor mengen en hoe voorkom je segregatie?  De deelnemers hebben de antwoorden: door buurtbewoners te betrekken bij het ontwerp van nieuwe gebouwen; door lokale ondernemers en kunstenaars ruimtes te bieden in de nieuwe gebouwen; door projecten als de Ubuntu stadstuin die er jaren geleden was. Wanneer bewoners van aangrenzende gebieden vanaf het begin van nieuwe gebiedsontwikkelingen worden betrokken worden ze erkend als stakeholders in het maakproces van hun stadsdeel en/of buurt. Dat is goed voor de betrokkenheid én de sociale binding.

Kleur

Een andere gedeelde zorg onder deelnemers is de afwezigheid van kleur in gesprekken over het stadsdeel. ‘Je moet eerlijk kunnen zijn over hoe de ervaring is om Afro-Nederlander te zijn in dit stadsdeel. We moeten het kunnen benoemen, anders blijft er spanning’. ‘Hier wordt niet over gepraat in al die bestemmingsplannen. Veel mensen zeggen: dat loopt wel los. Maar dat is niet zo als je dat niet van het begin af aan al doet (RT 59:00). Dat terwijl er toch een gevoel heerst dat de buurten waar in geïnvesteerd wordt, witte buurten zullen worden, en dat de verdere verdeling van witte en zwarte scholen zal toenemen als er geen serieuze stappen worden genomen.

Buurten als deel van een lichaam

Ook zijn er zorgen over de onderlinge relatie tussen verschillende buurten in Zuidoost. Want als Amstel III zo gaat ontwikkelen en gentrificeren, wat gebeurt er dan met de andere buurten? Andere buurten moeten niet achterblijven en ook worden opgeknapt en dezelfde faciliteiten krijgen. ‘Als er een mooi plein wordt gebouwd in één gebied, moet dat ook in het andere gebied gebeuren. ‘Je hebt één lichaam, ons stadsdeel is het lichaam, je kan niet alleen aandacht aan het gezicht geven en dan niet aan de rest van je lichaam’.  De angst leeft wel dat het zo zal zijn: hoe dichter bij Amstel III hoe mooier het wordt en hoe beter de voorzieningen. Laten we in plaats daarvan bedrijven die gaan investeren in Amstel III verplichten dat ook in andere delen van Zuidoost te doen, wordt er door meerdere deelnemers overeengekomen.

‘Omgevingsvisie van de vaak nog onzichtbaren’

Deze zorgen en oplossingen worden gedeeld door de betrokken bewoners van Zuidoost op digitale bijeenkomst van Pakhuis De Zwijger. De avond wordt afgesloten met ‘Omgevingsvisie van de vaak nog onzichtbaren’: een prachtige samenvatting  door spoken word artist Sydney Lowell, waarin er klinkt:

Oost of west van het spoor zou niet uit moeten maken. Want segregatie willen we niet. We gaan niet terug in de tijd. Want Zuidoost is net zoals de stad één lichaam. Besteed aandacht aan al onze organen. En houd het lichaam levend staan.

De adviezen die vrouwen van Zuidoost samen met de Vrouwenadviesraad meegeven aan de Omgevingsvisie:

  1. Investeer in aantrekkelijke openbare ruimten en voorzieningen, bij voorkeur fysiek gelegen tussen nieuwe en naburige wijken in, die toegankelijk zijn voor zowel bestaande als nieuwe bewoners.
  2. Oormerk een deel (25%) van de grondexploitatie van Amstel III voor investeringen in aantrekkelijke openbare ruimten, voorzieningen en ontmoetingsplekken. Deze moeten divers en multifunctioneel ontworpen worden én fysiek geplaatst worden zodat ze mensen uit oude en nieuwe gebieden verbinden. Bijvoorbeeld een stadspark op de A2 met werkgelegenheid voor lokale bewoners.
  3. Zorg voor ontwikkelkansen voor sociaal-, circulair-, cultureel- en lokale ondernemers uit Zuidoost in Amstel III, door te voorzien in betaalbare ruimte voor minstens 5 jaar en laat hen op flexibele wijze hun eigen plannen invullen zodat zij (duurzame) maatschappelijke meerwaarde kunnen creëren.
  4. Creëer werkgelegenheid voor verschillende typen beroepsgroepen en werkzaamheden in Amstel III en neem bewust mensen uit Zuidoost aan.
  5. Investeer in bestaande voorzieningen in de bestaande (aan nieuwe buurten grenzende) gebieden. Versterk ze en zorg voor een kwaliteitsupgrade; zo worden ze aantrekkelijk voor bestaande en nieuwe bewoners. Dit is heel belangrijk voor de verbinding en het maken van één Zuidoost
  6. Bouw zeker geen nieuwe scholen in Amstel III, maar investeer in de verbetering van de fysieke conditie van bestaande scholen (in de bestaande wijken) en in kwaliteitsverbetering van het onderwijs.
  7. Zorg voor betaalbare woningen in het stadsdeel voor bestaande Zuidoost bewoners. Laat geen huurverhoging toe na renovatie. Bouw en reserveer daarnaast minstens 25% van de woningen in Amstel III voor jongeren, gezinnen en ouderen uit Zuidoost. Maak deze dan ook betaalbaar en in diverse types en groottes.
  8. Ontwerp woonwijken zodanig dat er verbinding is met de (rest van de) buurt en omgeving. We willen bijvoorbeeld geen forten zoals de wijk Switie aan de rand van de Gooiseweg. Hier is totaal geen verbinding met de rest van de K-buurt.
  9. Laat investeerders en projectontwikkelaars nieuwe delen van het stadsdeel ontwikkelen vanuit de kracht en diversiteit van Zuidoost: zet creatief talent en creatief ondernemers betaald in om de authenticiteit van Zuidoost in het nieuwe deel te borgen. Nog niet gebeurd? Doe het alsnog!